Weer even geleden dat we nog pasta zien passeren hebben. Niet in mijn keuken – ik maak minstens eens per week een pastagerecht – maar wel op de blog. Ik ging op zoek naar een lekker recept om hier te delen, maar op de één of andere manier kwam ik telkens weer uit bij iets met tomaten of andere zomergroenten. Nu heeft de winter ons ook heel wat lekkers te bieden, en dus besloot ik een winterpasta te bedenken.
En zo komen we bij deze pasta met savooi en spekjes. Bij de winter hoort een robuuste pastasoort (casareccia), een typische wintergroente (kool) en wat pit (spek). Deze drie laat ik verbroederen in een zijdezachte kaassaus, die wel de smaak, maar niet de zwaarte van een bechamel heeft, en voor ik het wist stond er een heerlijk dampend bord winterse goodness voor mijn neus.
Gemakkelijk, snel en goedkoop: deze pasta met savooi en spekjes zou iedereen in zijn repertoire moeten hebben.
Wat heb je nodig?
500 g casareccia of penne
1 kleine savooi
120 g pancetta, in blokjes
1 ei
200 g ricotta
100 ml lichte room
75 g pecorino, geraspt
200 g gekookte kastanjes, fijngehakt
peper en zout
Hoe ga je tewerk?
Kook de pasta in gezouten water volgens de aanwijzingen op de verpakking.
Maak de bladeren van de savooi los en snijd er de harde nerven uit.Snijd in reepjes.
Voeg 3 minuten voor het einde van de kooktijd bij de pasta.
Giet af en spoel met koud water.
Bak de pancetta in de kom van de pasta. Het is niet nodig olie toe te voegen omdat het spek zelf voldoende vet heeft.
Meng intussen het losgeklopte ei met de ricotta en de room.
Voeg er de pecorino aan toe en kruid met peper en zout.
Eens de pancettablokjes goudbruin zijn, voeg je er de uitgelekte pasta en savooi aan toe.
Warm goed door.
Als de pasta warm is, zet je het vuur laag en voeg je er het ricotta-kaasmengsel aan toe.
Verwarm even tot je een lichte binding krijgt.
Bestrooi met de gehakte kastanjes.
Serveer de pasta met savooi en spekjes.
0 reacties