We hadden iets te vieren van’t weekend. Manlief is een jaartje ouder geworden, dus dat was reden genoeg voor een feestje in de keuken. Gisteren kon ik superverse dorade op de kop tikken (figuurlijk) in Het Viskraam, en door mijn voorliefde voor frisse voorgerechtjes, was de keuze snel gemaakt: ceviche, olé!
Ik baseerde mij losjes op een receptje dat ik ooit uit een Elle Eten geknipt had, maar hier en daar heb ik toch wat aangepast. Het moet nog plezant blijven hé!
Eén filet van dorade royal per persoon is ruim voldoende als voorgerecht. Die snijd je in fijne reepjes met een scherp mes, drapeer je op een bordje, en zet je tot gebruik afgedekt in de koelkast.
Voor de marinade heb ik het sap en rasp van drie clementientjes en één limoen gemengd met geraspte gember, flinterdunne halvemaantjes van een kwart groene chilipeper, enkele druppels tabasco en 1 koffielepel fleur de sel. Een tipje trouwens over die gember: als je dat in de supermarkt koop, heb je altijd veel meer dan wat je nodig hebt. Vries dat ding gewoon in! Op die manier heb je na twee weken geen verdroogd stuk wortel in je koelkast liggen, en die bevroren gember raspt ook veel gemakkelijker dan een vers exemplaar (en al helemaal als zo’n verdroogd stuk vezelachtige troep), en je moet hem dan nog niet schillen ook, de schil raspt van zichzelf niet mee, zie maar:
Geen idee wat de wetenschappelijke uitleg daarvoor is, maar het werkt!
Enfin, ik had dus de marinade afgewerkt, die ziet er zo uit:
Ook deze heb ik tot gebruik in de koelkast bewaard. You get the picture: het is de bedoeling dat alles lekker fris is.
Verder met de garnituur dan. Ik heb wat flinterdunne sneetjes van radijs gemarineerd in een koffielepeltje mirin met een eetlepel rijstazijn, een paar druppels vissaus en een halve koffielepel (à peu près) kristalsuiker. Ongeveer een kwartiertje laten soaken is genoeg. Doordat die radijsjes zo dun gesneden zijn, hebben ze niet veel nodig.
Daarnaast heb ik ook wat halve maantjes van rode ui een uur of twee laten weken in koud water, om daar “the edge” een beetje van weg te nemen, zodat je ‘s morgens niet wakker wordt met zo’n heerlijk “ochtendstond heeft ajuin in de mond”-gevoel…
En dan werd het dus tijd om alles af te werken!
Over de reepjes dorade heb ik wat marinade gegoten, en het geheel dan afgewerkt met de radijsjes, rode ui, korianderblaadjes, een beetje fleur de sel en wat zwarte peper. Et voila, dit was het resultaat:
En al zeg ik het zelf: héérlijk! Er is ook niet eens zoveel werk aan, en nog beter: bijna geen afwas die niet in het afwasmachien mag! 🙂
Als hoofdgerecht bakte ik een paar lamskoteletjes naar een receptje van Nigella Lawson, met gebakken gnocchi (alweer: thank you Nigella) en een eenvoudige gemengde sla met een dressing van olijfolie en rode wijnazijn.
Meer moet dat niet zijn voor een zondagavond!
PS: Zelfs de meisjes lusten dit! De kleinste heeft vrolijk ceviche zitten eten, en de oudste was vooral zot van die zure radijsjes. Ik ben niet zeker of dit wel helemaal volgens de laatste richtlijnen van gezondheid is, maar ik hoorde ze toch niet klagen…
0 reacties