• Verwarm de oven voor op 180 °C (hetelucht).
• Mix in een foodprocessor bloem, suiker, boter, amandelpoeder en zout tot zich een deeg vormt. Dit kan even duren, dus mix lang genoeg.
• Bekleed een bakblik van 30 op 20 cm met bakpapier.
• Schep 4/5 van het deeg in de vorm, leg er een stukje plasticfolie op en duw plat tot de bodem helemaal bedekt is.
• Verwijder de folie en bak de koek 20 minuten in de voorverwarmde oven.

Maak intussen de vulling.

• Halveer de pruimen en verwijder de pit.
• Doe pruimen, bosbessen, citroensap, suiker, kaneel en vanille in een kookpot met dikke bodem en breng aan de kook.
• Laat 10 minuten op middelhoog vuur doorkoken onder regelmatig roeren.
• Roer de maïzena los met een scheutje water en roer door de vruchtencompote tot goed gemengd. Laat nog 1 minuut doorkoken en neem van het vuur.
• Normaalgezien is het fruit door het koken en roeren uit elkaar gevallen. Mocht je toch nog grote stukken hebben, kan je die met een houten lepel een beetje plat duwen.

Voor de crumble

• Meng amandelschilfers en bruine suiker met je vingers door het overgebleven deeg, terwijl je het in kruimels uit elkaar wrijft.

Voor de afwerking

• Schep de vruchtencompote op de koek.
• Verdeel er de crumble over en duw een beetje in de compote.
• Bak nog 25 minuten.
• Neem uit de oven en laat volledig afkoelen op een rooster.
• Ga met een mes langs de randen en neem de koek met behulp van het bakpapier uit de vorm.
• Snijd in stukken.
• Serveer de plaatkoek met pruimen en crumble.